Column

Een band voor elk seizoen?

01 dec 2019

Voor de beste tractie, stabiliteit en een optimaal remvermogen rij je het best met banden die aangepast zijn aan de weersomstandigheden. Om zo veilig mogelijk de weg op te gaan, loont het om steeds te wisselen tussen zomer- en winterbanden, maar het is natuurlijk het makkelijkst om het hele jaar met dezelfde banden te rijden. Wat te kiezen?

Zomerbanden, waarmee de meeste auto’s in ons land zijn uitgerust, zijn helemaal niet geschikt voor winterse omstandigheden. Het hele jaar door met zomerbanden rijden, valt daarom sterk af te raden. Tijdens de lente- en zomermaanden garandeert een zomerband betere prestaties, en de remweg is beduidend korter dan wanneer je op winterschoenen de zomer door rijdt. Bij koude en (hevige) regen zal een zomerband daarentegen veel zwakker presteren. Winterbanden zijn voor lage tot extreem lage temperaturen (tot -40°C) ontegensprekelijk de betere keuze. Het rubber ervan heeft een andere samenstelling, waardoor ze ook soepel blijven bij temperaturen onder 7°C. Bovendien hebben de banden een ander profiel, dat ervoor zorgt dat sneeuw, slijk en water makkelijker kunnen worden afgevoerd. De wegligging van winterbanden is bij guurdere omstandigheden daardoor beter dan bij zomerbanden. Ook in de herfst kan je je auto beter al uitrusten met winterschoeisel.
Winterbanden zijn wel zo’n 5 procent duurder, en je hoort vaak dat een winterband sneller slijt en minder comfort geeft. Die nadelen zijn echter verwaarloosbaar. Een winterband zal wél sneller slijten als hij gebruikt wordt tijdens de warmere zomermaanden.

Het jaar rond:

Uit een Europese studie blijkt dat de levensduur van een band gemiddeld 40.000 km à 45.000 km bedraagt. Ook na zes jaar moet je een band vervangen. Rij je meer dan 15.000 km per jaar, dan zal je op zes jaar tijd minstens twee sets banden verslijten. Ideaal is dan een set zomerbanden voor de lente/zomer en een set winterbanden voor de herfst/winter. Zit je minder dan 15.000 km per jaar in je stalen ros of heb je echt geen zin om tweemaal per jaar naar de garage te rijden om je banden te laten wisselen? Dan kan je de aankoop van vierseizoenenbanden overwegen. Die leveren niet dezelfde prestaties als van een echte winter- of zomerband verwacht mag worden, maar komen wel dicht in de buurt!
Verschillende testverslagen geven aan dat vierseizoenenbanden niet voldoende grip geven wanneer je vanuit stilstand wil vertrekken op een besneeuwde helling. Maar tenzij in de Vlaamse Ardennen zal dit minpuntje in ons anders vlakke Vlaanderen niet echt een bezwarende factor zijn. In diezelfde verslagen kan je lezen dat één vierseizoenenband als absolute winnaar uit de bus komt: de Michelin CrossClimate, eerder een zomerband die winterse omstandigheden aankan. Niet onze woorden, wel die van de Technischer Überwachungsverein of TÜV, zowat de referentie op veiligheidsvlak. Een vierseizoenenband slijt wel ongeveer 10 procent sneller, en zorgt ervoor dat je wagen zo’n 5 procent meer brandstof consumeert dan wanneer je op zomerbanden blijft rondrijden, maar ook hier weegt dit minieme nadeel niet op tegen de grotere veiligheid.
Wanneer je een nieuwe wagen koopt, kan je vaak voor een kleine meerprijs je auto af fabriek laten leveren op vierseizoenen- banden.

En wat buiten België?

In sommige landen moet je auto voorzien zijn van winterbanden tijdens de wintermaanden. Een echte winterband volstaat dan, maar ook vierseizoenenbanden die op de zijkant het 3PMSFsymbool (Three Peak Mountain Snow Flake, Alpine- of sneeuwvloksymbool) dragen, zijn goedgekeurd als winterband. Je kan er dus gerust mee op wintersport.
Onderstaande tekening geeft het verschil in remafstand weer wanneer je 50 kilometer per uur rijdt op een besneeuwd wegdek:
Onthoud echter dat hoe weloverwogen je keuze van banden ook mag zijn, veiligheid in het verkeer steeds start bij de bestuurder. Hoe goed de prestaties van je banden ook zijn, hou steeds afstand en pas je snelheid en rijgedrag aan de omstandigheden, én de aard en staat van je voertuig.